Dummy link to fix Firefox-Bug: First child with tabindex is ignored

Herdenking van de slachtoffers van de NSU

11.09.2023

Enver Şimşek werd in Neurenberg vermoord door leden van de zogenaamde Nationaal Socialistische Ondergrondse op 11 september 2000, vandaag 23 jaar geleden. Op het Enver-Şimşek plein herdachten vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld, het stadsbestuur en de gemeenteraad vandaag samen met burgemeester Dr. Thomas Nitzsche de slachtoffers van de NSU. De toespraak van de burgemeester kan hier gelezen worden:

Geachte dames en heren,

Ik ben blij en dankbaar dat we vandaag op een maandagmiddag bij elkaar zijn gekomen om ook dit jaar weer de slachtoffers van de Nationaal-Socialistische Ondergrondse, de NSU, te herdenken.

De debatten in het dagelijkse politieke leven zijn vaak ruw, antidemocratische houdingen in onze samenleving nemen toe, net als in veel andere landen. Mensen zijn onzeker over de toekomst. Daarom is het des te belangrijker dat we in gedachten houden waartoe politiek extremisme leidt.

Het herdenken van de slachtoffers van de NSU en het verwerken van wat er gebeurd is, hoe de moorden hebben kunnen gebeuren en waarom het onderzoek naar en de vervolging van de daders zo gebrekkig was, dreigt naar de achtergrond te verdwijnen. Toch is in het reine komen met het verleden belangrijk om een helder beeld te krijgen of te houden van de ontwikkelingen en omstandigheden in ons land, zelfs in deze moeilijke tijden. Daarom is het belangrijk dat we hier vandaag bijeen zijn om de slachtoffers van de nationaalsocialistische ondergrondse te herdenken. Het is goed dat u hier bent!

Het plein hier is vernoemd naar het Enver-Şimşek plein, naar de persoon die als eerste moest sterven. Omdat een naam, een concreet persoon, een persoonlijk lot ons beter laat begrijpen en meevoelen met wat er toen gebeurde. Enver Şimşek werd vermoord in Neurenberg op 11 september 2000, vandaag 23 jaar geleden.

Maar de gedenkplaat hier en de naamgeving van het plein staat ook voor de andere acht vermoorde migranten en de vermoorde politieagente Michele Kiesewetter.

Als we hier vandaag samenkomen, herdenken we alle slachtoffers van de NSU. Na Enver Şimşek gingen de moorden door.

    • In 2001 werden Abdurrahim Özüdoğru, Süleyman Taşköprü en Habil Kılıҫ vermoord,
    • In 2004 werd Mehmet Turgut vermoord,
    • in 2005 werden İsmail Yaşar en Theodoros Boulgarides vermoord.
    • in 2006 Mehmet Kubaşık en Halit Yozgat.
    • Een jaar later, op 25 april 2007, werd de politieagente Michèle Kiesewetter doodgeschoten.

Allemaal, ik heb het nu over de migrantenslachtoffers, hadden ze niets verkeerd gedaan. Ze waren jaren geleden naar Duitsland geëmigreerd, om een beter leven voor zichzelf op te bouwen. De meesten van hen waren zelfstandigen, met alle speciale uitdagingen van dien. Velen hadden gezinnen, ze hadden kinderen. Vrouwen verloren hun man, kinderen hun vader.

Alsof dat nog niet verschrikkelijk genoeg was, kregen de nabestaanden ook nog te maken met vermoedens dat de moorden waren ingegeven door betrokkenheid bij de georganiseerde misdaad, het crimineel milieu of drugshandel. Deze insinuaties kwamen heel vaak van de staat, terwijl aanwijzingen dat de daden een xenofobe, extreemrechtse achtergrond zouden kunnen hebben niet of nauwelijks werden onderzocht. Het leed dat de families is aangedaan is nauwelijks te bevatten.

Het is des te belangrijker dat we als samenleving in het reine komen met dit falen, het zelfkritisch evalueren en om vergeving vragen.

Vijf jaar geleden eindigde de strafzaak tegen de nog levende daders met een schuldigverklaring en deels lange gevangenisstraffen. Het is belangrijk om te blijven herdenken wat er is gebeurd, de slachtoffers, het leed dat hun familieleden is aangedaan. Het is belangrijk om ook het leed te erkennen dat hen is aangedaan door de staatsautoriteiten, omdat de staatsautoriteiten veel te lang de mogelijkheid van een extreemrechtse achtergrond van de moord op de tien mensen niet hebben onderzocht met de nauwgezetheid die nodig zou zijn geweest en die voor de hand lag.

We moeten de gebeurtenissen van toen, de moorden en het daaropvolgende falen om de daden vandaag en in de toekomst op te helderen en in het reine te komen, in gedachten en in onze gedachten houden, zodat wat hier gebeurd is, zich niet herhaalt. Om van het verleden te leren en een herhaling van de verschrikkelijke gebeurtenissen te voorkomen, moeten we ons in Jena ook blijven bezighouden met de vraag hoe het mogelijk was dat de nationaalsocialistische ondergrondse hier kon ontstaan.

Het herdenken van de slachtoffers kan op vele manieren en is belangrijk om het heden en de toekomst in het oog te houden. Het artistieke onderzoek naar de NSU-moorden en het langzame onderzoek naar de misdaden is ook een belangrijke aanpak.

Na het NSU-herdenkingsjaar in 2021 moet Jena verder werken aan de wetenschappelijke herwaardering en communicatie van de geschiedenis van de NSU en haar slachtoffers. We moeten het verhaal van Enver Simsek en de andere slachtoffers van de NSU blijven vertellen en vooral jongeren laten zien waar extreme en onmenselijke ideologieën toe leiden.
Met dit doel voor ogen zal de vorige Rosenthal beurs voor beeldende kunst worden omgevormd tot een beurs voor politieke educatie en worden gebruikt om de tijd en de omgeving waarin de NSU in Jena kon ontstaan wetenschappelijk te herwaarderen.
De resultaten van dit werk zullen dan vertaald worden in een bemiddelingsconcept dat gebruikt kan worden in de scholen van Jena. Op dit punt wil ik de partners van de Ronde Tafel voor Democratie en JenaKultur bedanken, die deze belangrijke stap hebben bevorderd en in de komende jaren zullen begeleiden.

Op dit moment moeten we onze aandacht richten op het duidelijk tegengaan van misdaden tegen immigranten en een klimaat van xenofobie. Er zijn nog drie dingen nodig: naast succesvolle onderzoeken door de politie hebben we absoluut de inzet van het maatschappelijk middenveld nodig, niet in de laatste plaats, maar zeker niet alleen, de netwerken die in het verleden al voor vluchtelingen opkwamen. Als stedelijke samenleving moeten we werken aan het verbeteren van de algemene sfeer voor mensen met een migrantenachtergrond in het dagelijks leven.

Vaak zijn het kleine projecten en tekenen van burgerlijke moed die duidelijk maken dat mensen met een migratieachtergrond bij ons horen en dat we ons niet laten afbreken door deze sociale consensus.

Dit houdt ook in dat we als stad zichtbare signalen geven dat we een klimaat van angst, intimidatie en geweld in onze stad niet tolereren. Hiermee bedoel ik zowel publiekelijk zichtbare signalen als niet-openbare bijeenkomsten en gesprekken met de getroffenen, met de slachtoffers, zodat ze weten dat ze er niet alleen voor staan en tot wie ze zich kunnen wenden als dat nodig is. We moeten allemaal opstaan tegen deze en alle andere extreemrechtse en mensonvriendelijke daden!

De naamgeving van het Enver-Şimşek Plein hier op deze locatie drie jaar geleden was een belangrijk en waargenomen teken dat blijvend zal zijn. De stedelijke sociale confrontatie met de NSU kwestie door middel van het jaarlijkse project "No Line! Jena en het NSU-complex" twee jaar geleden was een belangrijke opmaat om veel van de onbeantwoorde vragen over het ontstaan en het werk van de NSU aan de orde te stellen. De eerlijke discussie over de inhoud is een manier om open wonden uit het verleden hopelijk te helen en het bewustzijn te vergroten voor een hoge mate van waakzaamheid in het heden.

Dit alles is een begin van het bewaren van de herinnering in het stedelijk bewustzijn en van het accepteren van en omgaan met de eigen verantwoordelijkheid. Tegelijkertijd zie ik de grote uitdaging om het onderwerp niet uit het oog te verliezen met het oog op de huidige gebeurtenissen.

Gezien de druk op onze samenleving is het des te belangrijker dat de democratische grondwet van ons land, dat mensen- en burgerrechten behouden blijven. Jena heeft meer dan 1500 mensen uit Oekraïne opgevangen die de oorlog zijn ontvlucht. We willen dat ze zich hier in Jena veilig voelen, dat ze zich thuis voelen en een thuis vinden, ook al is het maar een tijdelijk thuis. Hetzelfde geldt voor de vluchtelingen uit voorgaande jaren en alle andere mensen met een migratieachtergrond.

Ik ben blij dat de strijd voor ons menselijk samenleven gesteund wordt door de hele stedelijke samenleving. De inzet van de burgerinitiatieven is hierbij essentieel, omdat zij een doorslaggevende rol hebben gespeeld om het proces van ons interne stadsdebat zo ver vooruit te brengen.

Laten we nu een krans leggen ter nagedachtenis aan Enver Şimşek en alle andere slachtoffers van de NSU.

Gedenken an den 23. Todestag von Enver Şimşek am 11.9.2023 Gedenken an den 23. Todestag von Enver Şimşek am 11.9.2023 © Stadt Jena Oberbürgermeister Dr. Thomas Nitzsche gedenkt mit Vertretern der Zivilgesellschaft, Stadtverwaltung und Stadtrat den Opfern des NSU Oberbürgermeister Dr. Thomas Nitzsche gedenkt mit Vertretern der Zivilgesellschaft, Stadtverwaltung und Stadtrat den Opfern des NSU © Stadt Jena Kranzniederlegung am Enver-Şimşek-Platz Kranzniederlegung am Enver-Şimşek-Platz © Stadt Jena
Kategorie